Lepenloftspul Ketlik Mildaam speelt ‘Blau Bloed’

grootheerenveen
Afbeelding

Komende zomer is op 30 juni en 1 en 2 juli in Katlijk het openluchtspel ‘Blau bloed’ te zien te zien, opgevoerd door ‘Iepenloftspul Ketlik Midaam’. De spelers, aangesloten bij de Friese toanielferiening De Twa Doarpen, zijn al sinds januari aan het repeteren en wij bezochten eind april één van die repetities bij ‘De Geele Bosch’. Daar ontmoetten we behalve regisseur Harm Veenema ook bestuursleden en speelsters Minke Bouwstra, Greet Brouwer en Hennie van der Zee. De stukken die de dames samen hebben gespeeld zijn er al te veel om op te noemen. De Twa Doarpen is een actieve club. 

Harm Veenema, regisseur van ‘Blau Bloed’, volgde een tweejarige regie-opleiding bij Keunstwurk en is in 2000 begonnen met het regisseren van amateurtoneel. Hoe gaat het met Iepenloftspul, enkele weken voor de uitvoering? Er is tot nog toe immers alleen binnen gerepeteerd?

 

Topteam

“Volgende week gaan we naar buiten en dan wordt het hele stuk even in zijn geheel neergezet’, vertelt Harm Veenema. “Het gaat erg goed met de voorbereidingen. Ik ben nieuwsgierig om te zien hoe het op de locatie lijkt. Het is altijd afwachten hoe het dan moet en hoe we daar spelen. Het decor staat er nog niet, maar we houden rekening met de grootte van het podium.  In januari zijn we begonnen met repeteren, dus we hebben niet eens veel voorbereidingstijd.

In het Iepenloftspul heb ik te maken met veel spelers. Dat is niet zomaar iets en ik vind het best een pittige taak. Het moeilijkste is toch wel om de speler zover te krijgen dat hij/zij het stuk uitvoert zoals ik het voor me zie. Iedereen neemt wat anders van zichzelf mee in het stuk. En samen ervoor zorgen dat het een superleuk stuk wordt waar het publiek van kan genieten, dat vind ik toch wel het mooiste. Gelukkig heb ik echt een topteam om mee te werken. Het is een gezellig ploeg en er hangt een leuke sfeer. En iedereen vindt het leuk om in de schijnwerpers te staan”, voegt Harm er grappend aan toe.

 

Voor de derde keer

Dit jaar wordt er voor de derde keer een iepenloftspul gemaakt. Eerdere openluchtvoorstellignen waren er in 2004 en in 2012. “Het is een hele organisatie om zoiets voor elkaar te krijgen’, vertelt Minke Bouwstra. ‘Mensen die willen mee spelen zijn vaak wel snel gevonden, maar financieel is het ook een hap. Het is niet realistisch om dat elk jaar op te hoesten. Eigenlijk hadden we het wel eerder in de planning staan, maar het was destijds lastig om een organisatie opgang te krijgen. Denk aan het opzetten van tribunes, verlichting, geluid en decor. Daar hebben we nu een speciale commissie voor, zij regelen zaken als sponsoren en financiën voor ons. Dat kunnen wij er gewoon niet bij doen.”

Hennie van der Zee: “En net als iedereen hebben wij ook twee jaar lang stil gezeten. Twee jaar geleden hebben we de uitvoering één keer kunnen doen en daarna was het afgelopen. Alles kon weer afgebroken worden, terwijl we net klaar waren om ons harde werk te presenteren!” Het Iepenloftspul is de eerste voorstelling die de toneelvereniging weer doet sinds de coronamaatregelen zijn afgeschaft.

 

Nuver en humoristisch

Minke: “We hebben het stuk samen uitgezocht. De humor spreekt ons het meeste aan. ‘Blau bloed kent humor, muziek, bonte kostuums en het is vrij chaotisch. Meestal spelen we erg gestructureerd, maar dit stuk is heel ‘nuver’ (apart, vreemd - red.) en druk. Van alles wat we hebben gelezen sprong dit stuk er het meest uit.”

Hennie: “De eerder verschenen openluchtspellen gingen meer over vroeger met zelfs een stukje oorlog. Deze keer wilden we op een andere toer gaan. Het mag nu wel even wat anders zijn. En het is ook belangrijk dat je het stuk kan invullen met het aantal spelers dat je hebt. De meeste spelers zeggen altijd dat ze een kleine rol willen. Maar als ze dan stiekem toch een  hele leuke grotere rol hebben gekregen, hoor je ze er niet meer over.”

 

Extra hulp uit Stiens

“Wat ook zo leuk is aan het Iepenloftspul, is dat er veel meer spelers zijn dan in andere gevallen’, vertelt Greet Brouwer. ‘Daarom heeft toneelvereniging De Twa doarpen nog spelers van de toneelvereniging uit Stiens gevraagd om mee te spelen. Anders zijn we met ongeveer zeven spelers maar nu tellen we in totaal wel dertig, inclusief de figuranten. Spelen met andere mensen geeft een andere sfeer. Het was voor ons wel een beetje spannend, want je weet nooit hoe de andere club is en speelt.”

Greet, Hennie en Minke noemen zichzelf lachend ‘een hecht kliekje’. “Maar het past prima en het is hartstikke leuk.” De drie dames zijn al meer dan 25 jaar bij de vereniging. En ze zitten allemaal in het bestuur van De Twa Doarpen. Hennie: “We kennen elkaar ook allemaal. Katlijk en Mildam zijn maar twee kleine dorpjes, natuurlijk. Onze kinderen hebben allemaal bij elkaar op school gezeten. En als we elkaar daar niet van kennen, dan komen we elkaar wel tegen bij organisatie van dorpsfeesten, voetbal of korfbal. We kennen elkaar door en door.”

“We zijn een hechte groep”, bevestigt ook Minke. “Ik heb er door ziekte een keer twee weken uitgelegen en voordat ik weer kon beginnen was de hele vereniging al even langs geweest. Gewoon om te vragen hoe het ging! Dat vond ik erg bijzonder, het is net een familie.”

 

In een andere huid kruipen

Hennie: “We hebben inmiddels al erg veel ervaring. Naarmate je een stuk vaker doorloopt, kom je meer in de rol te zitten. Dan krijg je ook beter door hoe je het moet opvoeren. En onze regisseur Harm geeft waar nodig aanwijzingen voor verbetering. Alles zo met elkaar is dat de manier om de rol ‘te pakken’ te krijgen.’

Het aantrekken van het kostuum voor de rol in het stuk maakt voor de dames ook het verschil. Hennie: “Dan word je echt de persoon die je speelt. Je neemt dan de juiste houding aan en je gaat er ook echt naar staan en spelen. Het is heel leuk om steeds in een andere huid te kruipen.” “En ik ben mijn dagelijkse beslommering ook even kwijt”, vult Greet aan, “je bent echt even in een andere wereld en dat is heerlijk ontspannen.”

Tijdens de voorstelling ‘Blau bloed’ is iedereen uitbundig gekleed. Iedereen komt verkleed het podium op, omdat men naar een gekostumeerd bal gaat. Dat maakt de voorstelling tot een vrolijk en bont spektakel. ‘Het wordt straks prachtig om te zien als iedereen de kleren aan heeft’, menen Greet, Hennie en Minke.

Liefde voor het spel en elkaar

Alle drie hebben ze altijd al een liefde voor toneelspelen gehad. Teksten leren, andere kleren aan en op het podium staan vinden ze geweldig. Maar het gaat ze ook om de lol die ze samen hebben. Samen lachen zorgt voor plezier en ontspanning. En Toanielferiening De Twa Doarpen kan nog best een paar nieuwe talenten gebruiken, volgens de drie speles annex bestuursleden. “De mensen moeten gewoon allemaal komen kijken, want het is een hele organisatie en een prachtig spektakel’, sluit Hennie ons bezoek aan de repetitie in De Geele Bosch af. ‘Dus net stinne, mar hinne!”

Blau bloed

De baron fan Eisema hat jildpine en ferhiert syn boufalliche lânhûs mei personiel oan sakeman Wisse Regnerius foar in wykein. De sakeman wol hjir 10.000 euro foar betelje. Hy jout in kostumearre feest foar syn sakerelaasjes en gruthannels. De baron hat gjin betrouen yn syn butler en om te sjen as hy betrouber is lit hy de brief dan ek op de tafel lizze. De butler sjocht syn kâns en docht de brief yn ‘e bûse. Hy tinkt die 10.000 euro sa maklik te ferstjinjen. Hy wurd al hurd ûntmaskere. Der komt in soad frjemd folk op it feest ôf. It wurd in mâl spul. Fleurigens alom. In klucht yn twa bedriuwen die je net misse wolle.

Tekst en foto’s; Fimke Groenewoud