Frits Blacquière: al meer dan tien jaar met pensioen en nog steeds een rol van betekenis

grootheerenveen
Afbeelding

“Verbinding met elkaar en anderen vinden mijn vrouw en ik heel belangrijk”, zegt Frits Blacquière tijdens dit interview. Frits Blacquière is een bekende naam en een bekend gezicht in Heerenveen. Vele inwoners van Heerenveen én omstreken hebben al op zeer jonge leeftijd kennis gemaakt met Frits. Of hebben hem in het geheugen gegrift staan, omdat hij aan de wieg stond van de geboorte van (één van) hun kinder(en). Meer dan dertig jaar was hij gynaecoloog in Ziekenhuis Tjongerschans. En nu, al ruim tien jaar officieel met pensioen, zegt Frits, “word ik nog steeds herkend.” Als ik Frits spreek hebben we het niet over de dertig jaar in Tjongerschans, maar over de jaren daarna.

‘Als gynaecoloog had ik altijd een heel druk leven. Mijn tijd werd volledig in beslag genomen door het werk. En toen ging ik met pensioen en zat ik ineens op de bank”, vertelt Frits. Dat bank zitten heeft niet lang geduurd. Naast een druk sociaal leven is Frits maatschappelijk betrokken. Niet overdadig, zoals hij bescheiden aangeeft, maar passend in het moment. Zo’n moment was de start van zijn pensioen.

Een lang gekoesterde wens

Er kwam een oproep van de gynaecologenverenging voorbij. “Een Australische gynaecoloog die in Ethiopië een kliniek had opgericht om complicaties na een bevalling te behandelen vroeg om hulp,” vertelt Frits. “In de binnenlanden van Ethiopië stond wel een ziekenhuis, er was wel een operatiekamer, maar er waren geen mensen die een keizersnede konden doen. Terwijl een keizersnede al heel veel complicaties kan voorkomen. Daar komt bij dat het niet alleen belangrijk is om de complicaties te behandelen, maar je moet ook proberen te voorkomen dat mensen complicaties oplopen.” Deze hulpvraag was Frits, op dat moment in zijn carrière, op het lijf geschreven.   

De oproep sprak gelijk aan. Mede, omdat het een lang gekoesterde wens was om ooit nog eens in ‘de tropen’ zijn steentje bij te dragen. Zo zegt hij: “Eigenlijk heb ik dit altijd gewild. Toen ik klaar was met mijn medicijnenstudie gingen veel studiegenoten naar de tropen om daar te werken en ervaring op te doen. Zelf heb ik dat nooit gedaan, maar wel heb ik altijd het gevoel gehad ‘jammer eigenlijk.’ En nu kwam de kans voorbij.”

Vertrouwd team

Frits Blacquière besloot de kans de pakken en gaf, met zijn schat aan ervaring, gehoor aan de oproep van de Australische gynaecoloog. Samen met zijn vrouw Annemarie, want: “Zo’n ervaring wil ik met haar delen.” En er ging een verloskundige uit het ziekenhuis mee. Frits gaat terug in zijn herinneringen en vertelt over wat ze in Ethiopië hebben kunnen betekenen: “Als een bevalling problematisch verliep, dan werden wij ingeschakeld en konden we een kunstverlossing of keizersnede doen. Er was niet veel om mee te kunnen werken en als het er was, dan was het kapot. We hebben daarom, door middel van een sponsoractie, gezorgd dat er een echoapparaat kwam, want die was er ook niet. De verloskundige en ik hielpen in de kliniek en Annemarie vervulde een sociale rol. Zij had meer contact met de mensen daar. We hadden kleding meegenomen uit Nederland en als er een gezin zo arm was, dat ze niks hadden, dan bracht Annemarie een bundeltje kleding. En ze was er om ons op te vangen, want we hebben hele nare dingen gezien en meegemaakt.”

Kennis delen

Een andere bijdrage die ze konden leveren was het delen van kennis. “We hebben lesgegeven over hoe wij verloskunde bedrijven. Dat vonden ze erg interessant, want een aantal dingen verschilt sterk. Op tijd ingrijpen bijvoorbeeld, dat zijn ze daar niet gewend. Ingrijpen doen ze pas als het echt niet meer gaat, maar je kan ook voorkomen dat het mis gaat. Dat kenden ze niet. Een ander punt wat we ze hebben laten zien is het effect van goede hygiëne om complicaties te voorkomen. Er waren veel mensen met infecties na de bevalling en dat komt vaak door een gebrek aan hygiëne. Dit hebben we geprobeerd over te brengen. We hebben alles zo goed mogelijk proberen schoon te maken en je zag het aantal infecties duidelijk afnemen. Helaas beklijfde niet alles. Een jaar later kwamen we terug en was veel nog hetzelfde.”

Toch zijn hun reizen van drie en twee maanden naar Ethiopië niet voor niets geweest en hebben ze op individueel niveau veel kunnen betekenen voor vrouwen en hun pasgeboren baby’s. Als Frits erop terugkijkt, concludeert hij: “Ik vond het heel mooi. Ook zwaar en intensief, maar we zijn heel blij dat we het gedaan hebben. Het is een levenservaring die we nooit meer vergeten en die we niet hadden willen missen. En het doet ons des te meer beseffen wat we hier hebben.”

Hulp aan Oekraïne

We maken een sprong in de tijd, want zoals aan het begin van zijn pensioen Ethiopië voorbijkwam, kwam vorig jaar het initiatief van de ‘Friese Rijders’ voorbij. Naar de grens van Oekraïne met spullen en vluchtelingen weer mee terug nemen. Frits: “Een van mijn buurvrouwen kwam op een gegeven moment hier en deelde het verhaal van de Friese Rijders met me. Ze zei: ‘Jij houdt toch van autorijden en wil toch graag iets doen?’ Dat klopt. Toen heb ik me aangemeld en ben ik een aantal keer heen en weer gereden. Om dit te bekostigen en hulp te kunnen bieden hebben we allerlei sponsoracties gedaan. Wel heb ik het bij een paar keer gelaten. In Polen sliepen we vlak bij de grens op de plek waar later een raket is neergekomen. De kans is klein dat je door een raket geraakt wordt, maar mijn vrouw vond het geen prettig idee dat ik nog eens die kant op zou gaan. Dat respecteer ik. Later hebben we, toen we een oproep zagen dat er behoefte was aan winterkleding, nog wel in onze kringen gevraagd wie er winterkleding had voor Oekraïne. We werden bedolven. Dan vind ik het wel weer heel leuk om te kunnen helpen waar dat kan.”

Kleinschalig en bescheiden

Helpen waar het kan, dat doen Frits en Annemarie ook bij de acties waar ze zich voor inzetten als lid van de Odd Fellows, een groep die, zoals Frits het omschrijft, “maatschappelijk betrokken is met een beetje een filosofische achtergrond.” De Odd Fellows zetten zich in voor goede doelen in de regio. “Een goochelmiddag voor Oekraïense kinderen, een vakantieweek die we als Odd Fellows kunnen weggeven aan een stel of een ouder en een kind dat het goed kan gebruiken. Allemaal heel kleinschalig. Dat maakt de bijdrage heel persoonlijk.”

Een doel dient zich aan en, als het op dat moment past, dan zet Frits zich ervoor in. Dit hoeft niet per se een grootse onderneming naar het buitenland te zijn. Juist ook de kleinere initiatieven waarbij ze persoonlijk(er) betrokken zijn spreken aan. Het initiatief om winterkleding in te zamelen bijvoorbeeld. Dat brengt meer dan alleen de kleding voor Oekraïne, legt Frits uit. “Er waren constant mensen aan de deur. We hadden het druk; het was leuk.” Als ik vraag of betrokkenheid iets is wat Frits en zijn vrouw Annemarie kenmerkt en waar ze voor staan, dan is daar gepaste bescheidenheid. “Want,” zo zegt Frits, “ik zie mezelf niet als iemand die zo gedreven is. Ik kijk op tegen mensen zoals de oprichters van de Friese Rijders. Die zijn echt heel gedreven en die zetten hun hele leven daarop in. Ik draag mijn steentje bij, maar sta niet vooraan. Er zijn mensen die veel meer doen.”

Verbinding

Frits en zijn vrouw Annemarie genieten van elke dag, want zonder zwaarmoedig te doen realiseren ze zich dat het zomaar voorbij kan zijn. Ze koesteren dat ze gezond zijn. Net zoals ze hun samenzijn en het samenzijn met anderen koesteren. Zoals ze zelf zeggen: “We houden van mensen en verbinding met elkaar en anderen vinden mijn vrouw en ik heel belangrijk.” Er komt binnenkort vast en zeker weer een doel voorbij waar Frits en zijn vrouw zich voor inzetten. En mensen die hun hier dankbaar voor zijn. 

Beeld: Mustafa Gumussu / FPh - Tekst: Annemarie Overbeek