Vaders en zoons bij de Heerenveense brandweer “Besmet met het brandweervirus”

Algemeen

HEERENVEEN - De Heerenveense brandweer is een vrijwilligersorganisatie met ongeveer 35 fanatieke brandweerlieden, welke dag en nacht klaar staan om hulp te verlenen aan mens en dier. 

Als de pager afgaat verlaten zij hun werk of huis en snellen naar de kazerne aan het Hege Stik. Hier hijsen zij zich zo snel mogelijk in het bluspak en rukken vervolgens uit naar het incident. Bijzonder is het aantal vaders en zonen bij het korps Heerenveen.

Paul en Marco van der Wal, Richard en Stef van Dalfsen en Jan en Remco Hoekstra zijn alle zes besmet met het ‘brandweervirus’. Drie vaders en zonen bij hetzelfde korps.

“Ik wil beter worden dan mijn pa”

Paul van der Wal (62) zit het langst bij het korps. “Ik ben in december 1979 bij de brandweer gegaan”, vertelt Paul. “Ik werkte bij de machinefabriek van commandant Koos van Wijngaarden. De meesten van mijn collega’s zaten ook bij de brandweer. Door hen raakte ik besmet. Als het alarm ging lag de fabriek ook zo goed als plat. Toen stapte je nog zonder een goede opleiding in een lange leren jas in de brandweerwagen. Dat is nu niet meer denkbaar. Iedere brandweerman of -vrouw heeft nu een opleiding van enkele jaren genoten voordat zij operationeel zijn. Daarnaast is er qua materieel ook veel veranderd door de jaren heen. Ook wordt er eens per week geoefend.”

Zoon Marco (32) was al op jonge leeftijd veel te vinden in de brandweerkazerne aan het einde van de straat, waar de familie Van der Wal woonachtig was. Thuis volgde hij de uitrukken van zijn vader via de scanner. Ook ging hij vaak met moeder Gea kijken bij de brand.  Marco: “Ik ben nu op de kop af twaalf jaar bij de brandweer. Bij mijn sollicitatie vroeg men mij waarom ik bij de brandweer wilde.” Marco moet nog lachen als hij zich zijn antwoord op die vraag herinnert: “Ik heb toen gezegd dat ik beter wil worden dan mijn pa.”

Vaders, zonen, zwagers en neefjes

Richard van Dalfsen en Jan Hoekstra kwamen 1995 tegelijk bij de brandweer. Zij zijn zwagers van elkaar en zijn ook nog eens buren. Hun zonen Stef en Remco zijn inmiddels ook toegetreden tot het korps.

Richard (54) is bevelvoerder van één van de drie blusgroepen die het korps heeft. De bevelvoerder heeft de leiding over de bemanning van de tankautospuit. Richard: “Mijn zoon Stef ging al op jonge leeftijd mee naar de brandweer. Hij speelde vaak slachtoffer bij oefeningen van de wedstrijdploeg. Hij heeft altijd geroepen dat hij bij de brandweer wou. Toen hij achttien werd voegde hij direct de daad bij het woord door te solliciteren.”

Richard van Dalfsen en Jan Hoekstra zaten afgelopen week beiden vijfentwintig jaar bij het korps. Jan is chauffeur en manschap. Zijn zoon Remco kwam in 2010 bij het korps. Ook hij raakte op jonge leeftijd al besmet met het brandweervirus. “Ik was al heel erg betrokken bij het korps. Net als mijn Neef Stef was ik veel te vinden bij de wedstrijdploeg”, vertelt Remco. “Ik hielp onder andere mee om oefeningen uit te zetten. Naast het vrijwilliger zijn bij korps Heerenveen werk ik bij de brandweer in Amsterdam als Arbo deskundige. Een hele andere wereld. Toch hebben wij allemaal dezelfde opleiding genoten. Die van de beroeps staat gelijk aan die van de vrijwilliger. Mijn leven staat voor een groot deel in het teken van de brandweer.”

“Gaat die pager nu alweer?”

De brandweer heeft grote invloed op het gezinsleven. Jan Hoekstra: “Je moet overal rekening mee houden als je dienst hebt. De auto staat altijd met de neus in de goede richting. Daarnaast staan er altijd een paar slippers klaar bij de voordeur. ‘s Nachts ligt de kleding klaar om aan te trekken. Een dagje weg zit er niet in als je dienst hebt. De pager gaat soms een aantal dagen helemaal niet af. Het komt ook voor dat hij drie maal daags afgaat. Mijn vrouw roept dan ook wel eens: ‘Gaat die verdomde pager nu alweer?’ Het is hollen of stilstaan zal ik maar zeggen. Belangrijk is wel dat je partner achter je staat.”

Dat de brandweer grote invloed heeft op het dagelijkse leven, daar weet Marco van der Wal ook alles van. “Mijn vriendin bleef voor het eerst slapen. Ik woonde nog bij mijn ouders en zat net bij de brandweer. Midden in de nacht ging de pager van zowel mij als die van mijn vader. Het bleek te gaan om een grote brand in een Zweedse woning. We waren de hele nacht weg. Dit was voor mijn vriendin de eerste kennismaking met mijn ouders en de brandweer. Die heeft zich wel even raar gevoeld denk ik. Inmiddels zijn we gelukkig getrouwd.”

Indrukwekkende zaken

Bij de brandweer maakt men van alles mee. Het werk is niet zonder gevaar en maakt soms grote indruk op de brandweerlieden. Voor Richard van Dalfsen was een brand bij Expert aan de Sieverstraat indrukwekkend. De pyromaan die de brand had gesticht kwam hierbij om het leven. Daarnaast zijn incidenten waar kinderen bij betrokken zijn altijd indrukwekkend. Richard: “Tegenwoordig worden wij na een ernstig incident opgevangen door een zogeheten bedrijfopvangteam. Zoon Stef: “Ik zit nog maar kort bij de brandweer. Toch heb ik al een brand meegemaakt die flink indruk maakte. Het ging om een woonboerderij in Rottum. Er stond veel wind. Wij zaten op de zolder te blussen. Dit werd te gevaarlijk en we trokken ons daarom terug. Eenmaal buiten stond de zolder al in brand. Dan sta je wel even te kijken kan ik je vertellen. Ook de kettingbotsing op oudejaarsavond heeft flinke indruk op mij gemaakt. Je zag buiten gewoon helemaal niets. Toch moesten wij zien bij het ongeval te komen. Echt bizar!”

Paul van der Wal weet als geen ander hoe gevaarlijk het brandweerwerk kan zijn. “Vele jaren geleden was er brand in een keukenboerderij. Ik was binnen toen het dak instortte. Ik kon net op tijd wegkomen. Dit heeft flinke indruk op mij gemaakt. Daarnaast zijn een aantal ernstige verkeersongevallen en de verdrinking van een jong kind mij altijd bij gebleven.” Ook Pauls zoon Marco moest eens op de vlucht voor het vuur. “Dit was bij de eerder genoemde Zweedse woning. Wij waren binnen en het vuur rolde over ons heen.”

Ook Jan Hoekstra heeft in vijfentwintig jaar het nodige meegemaakt. “Bij een brand bij Van der Glas muziekfabriek waren we een collega kwijt. We konden hem net op tijd pakken en naar buiten trekken. Hierna ging het gigantisch mis. Ook de centrumbranden bij Scheer & Foppen en Café it Houtsje waren voor mij zeer indrukwekkend.” Voor zoon Remco was de redding van een vrouw bij een keukenbrand een indrukwekkende gebeurtenis. “Nadat wij de deur hadden ingeramd konden we naar binnen. De keuken stond in brand en het huis stond stijfvol rook. Bij de achterdeur troffen wij een vrouw aan. Deze hebben wij naar buiten gehaald. Ze raakte gelukkig niet ernstig gewond, maar had wel rook binnen gekregen.”

Sociaal gebeuren ook belangrijk

Het sociale gebeuren is bij de brandweer ook erg belangrijk. Eens per jaar wordt er een korpsavond gehouden. Dan worden ook de diploma’s en onderscheidingen uitgereikt. Richard van Dalfsen: “Ik ben ploegleider en bevelvoerder van blusgroep 1. Met de eigen ploeg gaan we jaarlijks een dagje weg ter ontspanning. Ook dat is de brandweer. Ook bij onze wedstrijdploeg de ‘Feanster Fjoerfretters’ is gezelligheid bijna net zo belangrijk als de wedstrijden. Het zijn echt dagjes uit zeg maar. We doen dus niet alleen maar nare dingen bij de brandweer.”

“Ik hoop dat we alle zes nog jaren mogen uitrukken voor het verlenen van hulp aan mens en dier!” sluit ploegleider Richard af.