Janske Brouwer-Nieuwland maakt met kleinschalig vrijwilligerswerk wereld van verschil: “We doen wat we kunnen”

Algemeen
Afbeelding

HEERENVEEN - Ze is het toonbeeld van veerkracht. Janske Brouwer-Nieuwland laat zich - ondanks persoonlijke tegenslagen - beslist niet uit het veld slaan en stelt haar grote hart open voor iedereen die dat zo goed kan gebruiken.

Samen met haar man Johannes woont ze in Aldeboarn. Beiden zijn 67 jaar (“Mijn man is tien uren ouder!”) en ze zetten zich maar al te graag in voor hun naasten. Werken hoeft niet meer, maar stilzitten is ook geen optie voor dit bijzondere stel. 

Naast de zorg voor familieleden zetten Janske en Johannes zich met liefde in voor het verenigingsleven in Aldeboarn. “Het zit ons in de genen. Ik heb het meegekregen van mijn ouders en ook onze kinderen zijn inmiddels hartstikke actief met vrijwilligerswerk.” Janske zat in het bestuur van de Gondelvaart en de drumband, werkt in De Ynbring, verkoopt boeken in de Superrr en zet zich met ziel en zaligheid in voor arme gezinnen in Roemenië. “Oh ja, ik drum ook nog bij het korps en de Kapel.”

Werken op Lyndenstein

Een groot deel van haar werkende leven bracht Janske door in de school van Lyndenstein, in Beetsterzwaag, als klassen-assistent. Ze had goed contact met één van de juffen daar, met wie ze later privé nog heel veel tijd mee door zou brengen. “Mijn dochter Marijke is naar haar vernoemd, ze werd als een oma voor onze kinderen.”
 
Met de geboorte van de kinderen, stopte Janske met werken. “Dat ging toen zo, maar ik had het prima naar mijn zin hoor.” Toen de meiden wat ouder werden, kwam ze nog even terug op Lyndenstein als invalkracht. “Onze dochter ging studeren in Zwolle, de kosten voor de opleiding waren hoog. Ik besloot weer te gaan werken en reed zes jaar als taxichauffeuse bij Van der Krieke hier in het dorp. Toen ik vanwege gezondheidsredenen niet meer op de taxi mocht rijden, viel dat weg. De lerares van Lyndenstein werd ouder, woonde alleen en had zorg nodig, die heb ik meteen op me genomen. Onze band werd zo hecht, dat mijn meiden altijd trots vertelden dat ze twee pakes en beppes én een oma hebben.”

Stichting Groningen Friesland Drenthe voor Roemenië

“In juni 1991 zag ik een advertentie in de krant, namens de Stichting Groningen Friesland Drenthe voor Roemenië. Er stond een telefoonnummer bij van iemand uit Aldeboarn, dat maakte me nieuwsgierig. Ik heb eens even gebeld en het sprak me onmiddellijk aan. Niet alleen maar klakkeloos geld geven, maar een band opbouwen met een ‘eigen’ gezin en ervoor zorgen dat ze datgene krijgen wat ze nodig hebben. Ik vind dat zo waardevol!”

Het hele jaar door werken de vrijwilligers hard voor de stichting om materialen bij elkaar te verzamelen. Ze steunen gezinnen, ouderen en kinderen (met geld, levensmiddelen en goederen), ziekenhuizen, scholen en kerken (met geld en goederen) en dorpsgemeenschappen helpen ze met kleinschalige projecten.

Inmiddels zijn zowel Janske als Johannes nauw betrokken bij het werk van de stichting. Vier keer per jaar vertrekt er een transport vanuit Noord-Nederland naar Roemenië. Johannes is één van de vrijwillige vrachtwagenchauffeurs en rijdt minstens één keer per jaar. Vier vrijwilligers zijn ruim een week onderweg en stoppen op elf adressen om spulletjes af te leveren. Het transport is niet gratis, een rit brengt zo’n 5500 euro aan kosten met zich mee.

“Het voelt soms naar om mensen om een kleine bijdrage voor het transport te vragen als ze spullen bij ons afleveren, maar we kunnen het onmogelijk allemaal zelf betalen.”

De Ynbring

Vaste prik op donderdag is Janske’s aanwezigheid bij De Ynbring. Een kringloopwinkel in het centrum van het dorp, waar je ook zo even binnenstapt voor een kop koffie. De ruim opgezette winkel biedt eindeloos slenterplezier langs gebruikte spullen in een uitstekende staat.

“Alles wat voor ons niet goed genoeg is, brengen we naar een ander adres. Wy smite hjir neat fuort.” De opbrengst van De Ynbring komt ten goede aan Stichting Thalente, actief vanuit Aldeboarn voor projecten in Zuid-Afrika. De producten die Janske zelf inbrengt, laten een R op het prijskaartje zien. Daarvan gaat de helft naar Thalente en de helft naar Roemenië. De afgelopen vier jaren bracht maar liefst 5.000 euro voor de stichting op, gezien de zachte prijsjes in de winkel is dat ontzettend veel!

“Ik kin net neat dwaan”

In de lokale supermarkt heeft Janske haar eigen hoek, waar ze boeken verkoopt. De voorraad telt ruim tweehonderd boeken, die ze voor een prikje verkoopt. Uiteraard gaat ook deze opbrengst naar de stichting. En dat tikt flink aan, glundert ze. In zeven jaar is er meer dan 7.000 euro verdiend!

Met zoveel drukte lijkt het alsof Janske de hele dag in beweging is. “Maar,” zegt ze zelf, “ik hou ook van ontspannen hoor. Ik fiets en wandel graag en we trekken er regelmatig op uit met onze boot. Een boek mee en lekker handwerken. Oh ja, en ik brei ook graag. Ik heb wel zestig poncho’s gebreid en verkocht, de opbrengst was uiteraard voor de stichting.”

Zelfs corona weerhoudt haar niet om bezig te zijn. “Er viel veel weg, het werd rustig. Gelukkig heb ik vier lieve kleinkinderen. Ik paste op en gaf ze les, zodat hun ouders de handen vrij hadden.”

Aan het eind van ons gesprek vertrouwt ze ons toe: “Ik kin net neat dwaan. We doen wat we kunnen.” Het is niet alleen het motto van de stichting, het is wat Janske uitstraalt met haar hartelijke persoonlijkheid en een lieve glimlach. Wat een voorbeeld voor velen.