Column Henk de Vries: Zeshonderd oliebollen

Algemeen
Afbeelding

COLUMN - Het is bij ons al 25 jaar jaren een traditie: oliebollen bakken op oudejaarsdag. Dat wil zeggen, mijn vrouw bakt oliebollen en ik handlanger mee. 

In het deeg roeren, hete oliebollen die uit de pan worden geschept van schaal naar schaal overbrengen totdat ze uiteindelijk in een emmer klaarliggen voor consumptie, alles daarna schoonmaken en opruimen, dat soort dingen.

In de eerste jaren van ons huwelijk was dat levensgevaarlijk werk. De vloer was na afloop van de baksessie soms ijzelglad van de olie, waardoor ik me maar met moeite staande hield. Maar na veel ervaring zijn we tegenwoordig in enkele uren schoon door alle werk heen en kunnen we voor het donker al hele schalen vol met oliebollen serveren.

Kom ik dan helemaal niet bij de oliebollenkraam? Jawel hoor. Jaren geleden kwam ik er op een dag in oktober voor het eerst, een uur voor sluitingstijd. “Kan ik u helpen?”, vroeg de juffrouw van de kraam. “Ja”, zei ik, “ik wil graag zeshonderd oliebollen.” Het is altijd leuk om iets onverwachts te zeggen. “Voor over een week”, zei ik geruststellend. Ik had ze nodig voor de try-out van een oudejaarscabaret in het Posthuis Theater in Heerenveen. We hadden bedacht het publiek de volledige oudejaarsavondbeleving te geven tijdens die try-out, dus er moesten oliebollen komen. De baas kwam erbij, verblikte niet en een week later werden er zeshonderd oliebollen bij het theater bezorgd.

We - het theater en de oliebollenbaas - hebben dat enkele jaren volgehouden. Maar ja, op een gegeven moment had elke zichzelf respecterende komiek zijn of haar of hun eigen oudejaarscabaretje, dus heeft het theater de oliebollen maar verruild voor bitterballen.

De sympathieke oliebollenbaas - Heinrich Gühnen - staat al meer dan dertig jaar in zijn kraam in Heerenveen. Ik wens hem nog veel klandizie, deze laatste dagen van het jaar. Zelf ga ik deze week de stad ook maar even in. Een anti-slip mat kopen voor de keukenvloer misschien. Voor de zekerheid…

Henk de Vries